Loreley
De Loreley is een 132 meter hoge rots langs de rechteroever van de Rijn. Op dit punt maakt de rivier een scherpe bocht, waardoor er een stevige stroming ontstaat. De Rijn is hier niet alleen smal met 135 meter, maar ook nog eens erg diep met maar liefst 25 meter. In het verleden zijn veel gevaarlijke stukken verwijderd, maar ook nu staat er nog een gevaarlijke stroming. Over de Loreley worden verschillende legende’s verteld..
Zo zouden er ooit nimfen rond de Rijn gewoond hebben. Die werden op één na allemaal verjaagd door de mensen die er kwamen wonen. De overgebleven nimf kon geen afscheid nemen van de Rijn en vestigde zich op de hoge rots, vanwaar zij zicht had over de hele rivier. Met haar prachtige, treurige zang, haar schoonheid en haar lange, gouden haren wist zij de schippers te betoveren, die de aandacht voor hun schepen verloren en door de sterke stroom op de rotsen liepen.
Op een dag was er een jonge ridder die het meisje eens van dichtbij wilde bewonderen. Hij besloot met zijn schildknaap een tocht naar de rots te ondernemen, maar net als zovelen voor hem raakte hij betoverd door haar gezang. Hij kwam om toen ook zijn bootje de rotsen raakte.
De schildknaap wist zich echter te redden en bracht het droeve nieuws aan de graaf, de vader van de ridder. Vol van woede en verdriet gaf die zijn mannen de opdracht de nimf van de rots te gooien, zodat zij net als al haar slachtoffers zou verdrinken. Toen de nimf de mannen van de graaf zag naderen, wierp ze haar halsketting in het water en zong nog een laatste lied. Daarop kwamen uit de Rijn grote golven op die haar meevoerden, waarop de nimf eeuwig verdween. Onderaan de Loreley staat een standbeeld van de nimf.
De Loreley wordt jaarlijks door vele toeristen beklommen. Op de rots ligt een uitkijkpunt, vanwaar men kan genieten van een door velen als schitterend ervaren panorama.
Burcht Katz
De Burcht Katz is sinds 2002 onderdeel van het UNESCO werelderfgoed Bovenloop Midden-Rijndal.
De Burcht werd tussen 1360 en 1371 door de graven van Katzenelnbogen gebouwd. De burcht werd bij vele belegeringen vaak zwaar beschadigd. Ten slotte liet Napoleon in 1806 het tot op dat moment nog intacte burchtcomplex opblazen.
De burcht kwam na verschillende eigenaren gehad te hebben in handen van de districtscommissaris van Sankt Goarshausen, Ferdinand Berg. Hij liet de burcht als woonhuis herbouwen. Daarbij werd weinig rekening gehouden met de middeleeuwse overblijfselen. Het aan de zijde van de Rijn gelegen deel van het complex herinnert slechts vaag aan het voormalige kasteel. De ruïne van de bergfried, delen van de verdedigingsmuur aan de bergzijde en de dwinger zijn echter nog middeleeuws.
Tegenwoordig bevindt het burchtcomplex zich in Japanse handen. Bezichtiging van de burcht is niet mogelijk.